Korte verhalen

Zet ook uw verhalen op 1001KorteVerhalen.nl

Heeft u nog geen account? Meld u gratis aan!

Print dit gedicht

License to drink

LICENSE TO DRINK

(A Mockumentary)

Zijn er nog mensen die van ouderwetse oxo of martini houden? Gaan er nog voor een Bloody Joseph, Pink Hound of Sweet Louise? Stirred, not mixed? Mixed, not stirred? Hebben zij een license to drink? Ach, de stumpers.

Het district Madelon/Brîcq-sur-Mer (gelegen in Oud-Ocedanië, waar begin 20ste eeuw Franstalige indianen aangetroffen werden) stond bekend voor zijn slangenvlees, M-shirts en mocktails. Spot nooit met mocktails. Het zou u zuur kunnen opbreken. Het is niet omdat zo’n combinatiesapje geen alcohol bevat dat het u niet de gordijnen in kan jagen. Er zit (letterlijk) een addertje in dit ‘heilig oliesel van de nuchterheid’. U zou het kunnen besterven van de gezondheid. Maar daarvoor moet u dus in het district Madelon/Brîcq-sur-Mer zijn.

Elk jaar werd op M-Day (Memorial Day, gedenkdag van de sperenopstand van de indianen tegen het Franse koloniale gezag) in hoofdstad Madelon een gigantische ton gevuld met alle mogelijke mocktail-ingrediënten. De sappen van alle eilandvruchten vloeiden er samen. Op die dag liep iedereen ook in de bekende groen-en-gele M-shirts, de rituele kleuren en traditionele kleren van de autochtone indianen. Op het eiland leefden naar schatting nog een driehonderdtal Franssprekende indianen. De rest van de bevolking, zo’n tachtigduizend zielen, bestond uit een cocktail van Zuid-Europeanen, Midden-Amerikanen en Atlantische eilanders. De voertaal was er het Ocedanisch: een mix van Frans, Amerikaans en Portugees, ook genoemd: het Franglees.

Op M-Day (sommigen zeiden: Mocktail Day) dronk iedereen uit de ton. Hoewel in deze reusachtige mocktail geen alcohol zat, waren de Ocedaniërs na vijf, zes glazen van het goedje al duidelijk boven hun theewater. Dat kwam door de mespunten slangengif die door de sappen werden gemengd. Elk jaar vielen er daardoor wel enkele slachtoffers. In zo’n grote ton was het ook moeilijk om de juiste verhouding sappen – slangengif te bekomen. Ook in de dagelijkse mocktails, het hele jaar door gedronken, werden kleine, minutieus afgewogen scheutjes slangengif gemengd. Men beweerde dat het bevorderlijk was voor de gezondheid. De niet-alcoholische dronkenschap voortvloeiend uit het nuttigen van diverse mocktails nam men er graag bij. Maar het bleef toch altijd uitkijken voor een ‘slangenbeet’.

Serpent was het bekendste merk onder de mocktails op het eiland. Het was ook de meest te duchten mocktail. Ingrediënten: varkensbes, eilandpruim en passievrucht. Plus wat slangengif dus. Concurrerende merken: Snoa, Mockonda, Comaq en Madelonne. Elk merk had zijn bekende vruchtensappen en geheime verhoudingen, het resultaat van tradities en oude familierecepten. Eén keer probeerde een tapiocaboer (een Thai die op het eiland zijn geluk beproefde) een surrogaat-mocktail op de markt te brengen. Zijn Maniaque, zoals hij het goedje noemde, was gebaseerd op grondwortels, en had dus vrijwel geen smaak. De man, eigenlijk gespecialiseerd in varkensvoer, had ook weinig ervaring met slangengif. De Maniaque was een kort leven beschoren. De allochtone Thaise boer ook: hij werd op een afgelegen plek in het district Madelon/Brîcq-sur-Mer door onbekenden gewurgd met een dode eilandadder.

Ooit had een schildpad op M-Day een lek ontdekt onder aan het grote feestvat. Nadat ze zich rijkelijk tegoed had gedaan aan de feest-mocktail, viel ze op het strand een liefdeskoppel aan ( … dat ook al onder invloed van de mocktail duchtig aan het rollebollen was). Tussen haar kaken verbrijzelde ze achtereenvolgens de linkerenkel van de vrouw en de rechterelleboog van de andere vrouw. Volgens de slachtoffers was de schildpad hen op haar twee achterste poten genaderd, en had ze voor de aanval haar schild afgegord en opzij gelegd. Het koppel hield er vreselijke tatoeages aan over.

Op een van die jaarlijkse M-Days, ongeveer een halve eeuw geleden, greep er ook een society verlovingsfeest plaats in een dure wijk net buiten hoofdstad Madelon. Langsheen de rivier Bricqatte begaf zich die namiddag contrabassist Damien Y. te voet naar de villa in die wijk. Dat gebeurde ietwat moeizaam omwille van het aantal mocktails dat hij die dag reeds achter zijn kiezen had gegoten. Hij was samen met nog enkele bevriende muzikanten uitgenodigd om daar ’s avonds het verlovingsfeest op te luisteren. Hij torste zijn instrument in een hoes op zijn rug. Plotseling stootte hij op een slapend meisje. Ze was ongeveer twintig jaar. Ze was ingedut bij haar vislijn, op de oever van de Bricqatte. Of was ze ook al gemocktaild en kwam ze hier haar roes uitslapen? Even bekroop hem de lust haar wakker te maken. Maar hij bedacht zich plotseling. Hij kreeg een schitterende inval. Hij zocht een beschutte plek en ontdeed zich van zijn contrabas. Daarna van zijn kleren. Toen ging hij het bosschage en de weide in om een zomertuil bloemen bijeen te plukken. Die bond hij samen met wat twijgen. Vervolgens ging hij voorzichtig te water, zwom onzichtbaar tot bij de plek waar het meisje lag te dutten en bevestigde zijn bloementuil aan haar dobber. Omzichtig en zonder geluiden te maken zwom hij weer van haar weg. Toen hij weer aan land klauterde en naar de beschutte plek sloop, merkte hij tot zijn verbijstering dat zijn kleren weg waren. Gelukkig lag zijn contrabas er nog!

Wat nu gezongen? Minutenlang speurde hij de omgeving af. Niemand te zien. De vogels waren gevlogen. Af en toe controleerde hij ook of het meisje nog sliep. Uiteindelijk besloot hij dat er maar één iets op zat: onder het dichtste bruggetje over de Bricqatte de duisternis afwachten en dan… Zo gezegd, zo gedaan. Een poedelnaakte Damier Y. haastte zich met zijn contrabas op zijn rug tweehonderd meter terug naar zo’n beschermend bruggetje. Daar verborg hij zich onder.

Intussen werd het meisje wakker. Toen ze haar vislijn in wou halen, lukte dat niet. De dobber was onder water verdwenen. Ze voelde dat er iets zwaars aan de haak hing. Haar hart bonkte. Een grote vangst? Een… een lijk? Een stomme autoband? Ze speelde haar kleren uit, gleed in het water en dook om te zien wat er gaande was. Tot haar verbazing hing er een kleurrijke bundel bloemen aan haar lijn. Het (intussen verwarde en door water verzwaarde) kluwen begon door te wegen en uiteindelijk te zinken, de dobber met zich meetrekkend. Hoe kwam dat nou? Wie had dat gedaan? Met enige moeite slaagde ze erin het probleem op te lossen. Toen ze weer op de oever klauterde, bonkte haar hart dubbel zo hard: haar kleren waren foetsie. Eerst gleed ze onmiddellijk het beschermende water weer in. Minutenlang kamde ze met haar ogen de omgeving af. Er was geen kat te zien en geen kik te horen. Behoedzaam hees ze zich andermaal uit het water. Alles bleef rustig. Dieven? Arme mensen? Bedelaars? Zwervers? Maar hoe moest het nu verder?

Plotseling werd Damiens aandacht gewekt door vlugge voetstappen. Het was intussen al wat donkerder geworden. Hij stond op en zag twee schimmen over de weg lopen, ieder een bundeltje dragend.
‘Hé!! Hela daar!!’ riep hij, molenwiekend met zijn armen. De schimmen keken geschrokken om en zetten het op een lopen, het binnenland in. Damien zette poedelnaakt de achtervolging in, maar na honderd vijftig meter gaf hij het op: de dieven waren pijlsnel door de weiden gevlucht en verdwenen.

Toen hij even later aanstalten maakte om op een beschut plekje te gaan zitten en uit te blazen, viel zijn mond wijdopen van verbazing: in het gras aan de oever van de Bricqatte zat een spiernaakt meisje!
‘Ugh!’ deed hij verbouwereerd.

Het meisje besloot te wachten op de duisternis om verdere stappen te ondernemen. Ze verborg zich tussen het hoge gras. Toen het halfduister al hier en daar het daglicht weg begon te vlakken, gebeurde er iets vreemds. Eerst was er ver geschreeuw, dan waren er de geluiden van rennende voeten, daarna doemde eensklaps een poedelnaakte man voor haar op.
‘Eék!’ riep ze verbijsterd.

De twee naakten deden elkaar hun verhaal. Het voorval met de bloemen vormde het centrale thema natuurlijk. Waren de bloemen er niet geweest… dan hadden ze allebei hun kleren nog aan. Ze konden er nog om lachen. De muzikant nodigde het meisje onder ‘zijn’ bruggetje uit, tot het volledig donker was geworden. Zo gebeurde. Zedig zaten ze naast elkaar voor zich uit te kijken en wat te praten. Het werd echter ook kouder. Daarom ontdeed Damier zijn contrabas van zijn huid en nodigde hij het meisje uit om in de hoes te schuiven en als slaapzak te gebruiken. Ze stemde toe. Ze was immers erg moe omdat ze die middag ook aan de mocktail gezeten had, bekende ze. Haar hoofd deed er nog pijn van. Damien ritste de hoes dicht en ze sliep in. De contrabas zette hij rechtop tegen het binnenste brugmuurtje. Over een uur zouden ze in het donker bij het eerstvolgende huis aankloppen en hopen dat ze er geholpen werden.

Na een halfuur hoorde Damien weer geritsel op de weg. Omdat hij het slapende meisje niet alleen wou laten, hees hij de hoes op zijn rug en sloop de berm op. Waren het misschien weer de onverlaten van vanmiddag? Weer op zoek naar buit? Of daagde er mogelijks hulp op? Hij legde de hoes even in het gras aan de zijkant van de weg om zich vlugger voort te kunnen bewegen en liep richting villawijk, van waar de geluiden gekomen waren. Geen levende ziel te bekennen. Na tien minuten week hij van de weg af en dwarste hij enkele weiden. Op die manier een grote boog beschrijvend, liep hij terug naar het bruggetje. Hij had niemand gezien. Misschien begon hij zich dingen in te beelden onder invloed van de mocktail waar hij die dag ook al rijkelijk van geproefd had?

Intussen begaven zich vanuit hoofdstad Madelon twee bevriende muzikanten naar de dure villa in de buitenwijk. De fluitist en de klarinettist keken hoogst verbaasd toen ze op hun weg de bekende hoes van Damien zagen liggen.
‘Zou Damien te veel mocktail gedronken hebben en zijn contrabas hier achtergelaten hebben?’ vroegen ze zich af.
‘En waar is de man zelf?’
‘Nou, als hij vanavond wil spelen op dat verlovingsfeest, zal hij dit hier nodig hebben.’
En ze torsten om de beurt het ding op hun rug en begaven zich naar het feest.
‘Zwaar hoor, dat ding. Hoe doet die Damien het toch.’
‘Ik zou ook niet op zo’n gevaarte willen spelen. Geef mij maar mijn fluit.’

Onverrichter zake keerde Damien dus terug. Zijn haren rezen te berge toen hij de plek opzocht waar hij het meisje in de hoes had achtergelaten. Ze waren verdwenen: het meisje én de hoes. Paniek maakte zich van hem meester. Wat was hier toch allemaal gaande? Urenlang waadde hij door struiken, weiden, water, bosschages. Waren die dieven teruggekeerd om meer buit? Het hoesmeisje bleef spoorloos. Toen viel het hem in dat hij niet eens haar naam wist. Hij had er niet naar geïnformeerd. En omgekeerd had zij evenmin naar zijn naam gevraagd. Zo gaat dat als je naakt bent. Uiteindelijk ging Damien weer onder het bruggetje zitten, rillend en treurend, bij zijn geliefde, hoesloze contrabas, die het ook al koud kreeg.

De twee muzikanten arriveerden met hun instrumenten en de hoes op het feest. Toen de heer des huizes, als groot muziekliefhebber en bewonderaar van de contrabassist Damien Y., (ietwat verontrust door de ongewone contour) de hoes open ritste, snoerde collectieve opperste verbazing minutenlang alle geluiden en kelen in de dure villa. Het werd er angstaanjagend stil.
Vele door de mocktail verdoofde mensen zagen toen hoe een contrabashoes een volwassen meisje baarde, dat zich ogenblikkelijk na haar geboorte met een vreselijk snerpende schreeuw uit de voeten maakte en door de weide naar de rivier liep, haar baarmoeder met gapende keizersnede achter zich latend.

Nu nog vertellen de Oud-Ocedaniërs de legende van de kleine weeklaagbrug boven de Bricqatte. Van onder dat brugje ontsnappen bij valavond twee weken voor en twee weken na M-Day klaaglijke klanken, door een naakte gedaante aldaar aan zijn contrabas ontlokt. Het schijnt de treurende verloofde van een evenzeer naakt meisje te zijn, dat geboren werd uit een contrabashoes, maar daarna nooit meer werd gezien. Sceptici schrijven het verhaal toe aan de kracht van de mocktail, en wat die – ondanks zijn nul percent aan alcohol – bij de mensen kan aanrichten.

Toevoegen aan favorieten

Ingezonden door

Sjors DNO

Geplaatst op

04-02-2016

Over dit verhaal

Een mockumentary over de invloed van mocktails en toeval in Oud-Ocedanië

Geef uw waardering

Er is 6 keer gestemd.

Social Media

Tags

Mocktails Muziek Naaktheid Traditie

Reacties op ‘License to drink’

  • Met één keertje stemmen een vijftal sterren. Je hebt mij met je verhaal heel erg vermaakt - vooral met je fantasievolle woordgebruik!. Dank je wel

    Irene O. - 06-05-2016 om 15:03

Reageren

We gebruiken uw gegevens alleen om te reageren op uw bericht. Meer info leest u in onze Privacy & Cookie Policy.

Wilt u direct kunnen reageren zonder elke keer naam en e-mailadres in te voeren? Meld u hier aan voor een account!



Merknamen en domeinnamen eigendom van Internet Ventures Ltd - website via licentie in beheer door Volo Media Ltd