Korte verhalen

Zet ook uw verhalen op 1001KorteVerhalen.nl

Heeft u nog geen account? Meld u gratis aan!

Print dit gedicht

honden leven (deel4)

een honden leven(deel 4)
(een vervelende eigenschap) ik moet mij naar mijn werk spoeden; ik zet gauw de honden nog even in de auto, Schelsy wringt en wringt en woeps!!!... weg is hij… met lange benen zie ik hem het plein over crossen op zoek naar een van de vele, vele katten, die de buurt hier onderdak verschaft.
De schrik slaat mij om het hart.. ik denk aan de auto’s, die hem aan kunnen rijden, de ongelukken, die hij kan veroorzaken, de katten, die hij kan vermoorden, maar vooral ook aan mijn werk waar ik over tien minuten moet zijn om de deur te openen voor de vele vaders en moeders, die in alle vroegte weer hun kinderen komen afleveren, omdat ook zij zich weer moeten haasten naar hun werk. Ik denk aan de boze blikken en woorden van mijn werkgever, die niet blij zal zijn als ik niet om klokslag acht uur voor de deur sta. Ik denk aan wie ik van mijn collega’s kan bellen in dit noodgeval, maar kan niemand bedenken.
Alles cirkelt razendsnel door mijn hoofd. Gelukkig heb ik wat ervaring met Schelsy zijn uitbreeksels en weet ik ook dat hij tamelijk snel weer terugkomt. Hier in de stad gaat hij niet zo ver. Buiten in het open veld of in het bos plakte hij er in het verleden graag zo vijf of zes uur aan vast. Maar helaas voor hem en gelukkig voor ons zijn die tijden reeds jaren alweer voorbij, Schelsy is altijd vast!

Ik heb nog twee minuten om mijn plan te bedenken… Ga ik weg, dan laat ik mijn hond in de steek… blijf ik hier op Schelsy wachten, die waarschijnlijk wel binnen tien minuten terug is, maar helemaal zeker weten doe je het niet, dan haal ik de woede van de ouders, ik ben leider in de kinderopvang en mijn werkgever op de hals. Het is moeilijk. Mijn ogen checken even de buurt af. Het is vakantie, veel buren zijn, na werkzame maanden in de kindervakantie massaal uitgevlogen, weggereden naar verre oorden of naar de camping, wie niet hoeft te werken is nog niet wakker en wie wel moet werken is al weg! Het ziet er tamelijk hopeloos voor me uit. Snel ren ik nog even het plein over om te kijken of ie al komt. Langs de waterkant zie ik een witte Schelsy lopen. Ik roep hem, hij kijkt om en denkt: zo zo… ja ja... en??? Vervolgens duikt hij rechts een steegje in.
Uiteindelijk besluit ik weg te gaan. Met een hart vol schuldgevoel rij ik de straat uit en prevel mijn gebedjes. Als er al een beschermengel wakker is, wil die dan alsjeblieft, alsjeblieft op Shelsy letten?
Op de hoek van de straat kijk ik nog even rond of ik een witte schim zie. Niets, alles is doodstil.
Ik rij naar mijn werk en tegen alle, ons door de overheid opgelegde regels in, ga ik zitten bellen in de auto. Ik bel mijn moeder, zij is degene die me moet redden, of eigenlijk die Shelsy maar moet redden.
Mijn moeder is 83, dat is een behoorlijke leeftijd, maar ze weet dat als ik haar vraag om naar mijn huis te komen en te wachten tot Shesly er is, ik dat niet zomaar vraag. Mijn moeder herkent de spoed en de nood, stapt gelijk haar bed uit en na een kattenwasje snelt ze zich in de auto richting Tielt. Wat een zegen dat ze auto rijdt en nog goed ook, anders had ik daar ook nog zo mijn zorgen over.

Gelukkig kan ik op tijd de deur openmaken voor ouders en kinderen. De druk is even van de ketel, nu ik weet dat mijn moeder onderweg is naar Tielt. Zodra het kan, bel ik mijn collega Carmen, met het verzoek of ze eerder kan beginnen met werken. Ook mijn collega’s op het werk kennen de honden, twee van mijn collega’s hebben zelfs in het verleden meegeholpen aan een van de grote zoektochten naar de twee vermiste husky’s, ja onze Shelsy en zijn zus Yeska, de hond van vrienden. Zodra Carmen er is, stap ik gauw weer in de auto richting huis. Rust heb ik niet van alles en ik wil mijn moeder, die er ook zenuwachtig van is, niet te lang alleen laten. Wie weet wat er allemaal gebeurd is. Terwijl ik met de auto de straat richting het plein indraai, gaat mijn mobiel, het is mijn moeder, met de verlossende woorden: “HIJ IS ER!!! Hij stond voor de deur toen ik aan kwam rijden!” roept ze blij in de hoorn.
Dank aan alle beschermengelen!!!

En als ik aankom staat hij daar, voor het hek, aan de goede kant, zich van de prins geen kwaad wetende. Lieve lieve Bear, weer veilig thuis. Ik kan weer opgelucht zijn, drink gauw nog even koffie met mijn moeder, zet Bear nogmaals en nu met aandacht in de auto en vervolg mijn werkdag...

Toevoegen aan favorieten

Ingezonden door

paardje

Geplaatst op

15-11-2014

Over dit verhaal

het verhaal heb ik geschreven omdat ik veel te veel fantasie heb

Geef uw waardering

Er is 4 keer gestemd.

Social Media

Tags

Dieren Honden Leven Ongeval Verhalen

Reacties op ‘honden leven (deel4)’

Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit verhaal, een reactie plaatsen kan hieronder!

Reageren

We gebruiken uw gegevens alleen om te reageren op uw bericht. Meer info leest u in onze Privacy & Cookie Policy.

Wilt u direct kunnen reageren zonder elke keer naam en e-mailadres in te voeren? Meld u hier aan voor een account!



Merknamen en domeinnamen eigendom van Internet Ventures Ltd - website via licentie in beheer door Volo Media Ltd