Korte verhalen

Zet ook uw verhalen op 1001KorteVerhalen.nl

Heeft u nog geen account? Meld u gratis aan!

Print dit gedicht

De jongen die wilde vliegen

Het jongetje dat wilde vliegen.

Wanneer je, zoals ik, woont tussen de plaatsen Etten-Leur en Roosendaal, dan woon je niet ver van een vliegveld. Oh, het is geen groot vliegveld hoor, maar het heeft nu een echte landingsbaan waar eerst alleen maar gras was, en er vertrekken vliegtuigen en die komen er ook weer aan; een vliegveldje dus.

Ik heet Jaap en ik ben 9 jaar. Eigenlijk heet ik Johannes, maar ik ben blij dat mijn ouders me Jaap noemen; ik heb een neef die ook Johannes heet en die noemen de Jan. Ik ben liever Jaap. Ik ga op school in Etten-Leur en ik doe extra mijn best met rekenen en aardrijkskunde. Mijn beste vriend heet Eddie en mijn een na beste vriend heet Henk. Eddie wil soldaat worden en ik begrijp écht niet waarom; Henk wil directeur van een grote fabriek worden, én rijk, en ik snap hem ook al niet. Ik wil vlieger worden, en dat snappen zij nu weer niet.
Eddie en wij gaan soms op de fiets naar de Rucphense Heide en dan hopen we dat er tanks oefenen, of dat er opeens soldaten uit de grond gekropen komen. Ja, écht, we hebben dat een keer gezien! Ze zaten in gegraven kuilen en ze waren behoorlijk vies, met zand en bladeren en zwartgemaakte gezichten. Eddie vond het geweldig, en wist dat die kuilen schuttersputjes genoemd worden. Henk zou het liefst naar alle fabrieken in de omgeving fietsen, maar ze laten een jongen van 9 echt niet binnen.

We wonen alle drie in hetzelfde dorp, in Zegge, en ons vliegveld heet Seppe. Natuurlijk gaan mijn vrienden ook met mij mee wanneer ik zin heb om er heen te gaan; maar niet altijd, want ik wil te vaak.

Mijn vader bouwde vroeger modelvliegtuigjes, een doos vol stukjes die aan elkaar geplakt moesten worden; als het klaar was dat ging er een touwtje aan en hing hij het in zijn werkkamer. Ik kreeg er ook een paar en die hangen nu dus in mijn slaapkamer. Ik denk dat ik mijn eerste kreeg toen ik nog niet eens kon lopen; 'vlieg-tuig', zei papa, en ik zei 'hag-hag'.
In mijn stoeltje in de tuin, zag ik ze altijd overkomen, de echte vliegtuigen dan hè? Je ziet ze alleen in het voorjaar op een mooie dag, in de zomer veel vaker, vooral op zaterdag en zondag, maar tegen de tijd dat het te koud werd voor mij in de tuin kwamen ze ook nog maar zelden over. Ik weet nu dat wanneer ik ze buiten het seizoen zie, het zakenvliegtuigen zijn. Als Henk ooit directeur van een grote fabriek wordt dan zal hij er misschien ook wel eens opstijgen of landen; IK zou dan het allerliefst de piloot willen zijn. Want: dat is wat ik worden zal - piloot.

Omdat ik zo vaak op het vliegveld te vinden was, kende ik al een heleboel mensen die konden vliegen; ze hadden natuurlijk niet allemaal hun eigen vliegtuig, maar soms hadden 4 mensen samen er eentje, of ze gingen er een huren. Er worden vlieglessen gegeven, je kunt er een rondvlucht boven je dorp of de stad maken. Die mannen en vrouwen - ja hoor er zijn ook vrouwen die kunnen vliegen - kennen mij na een tijdje natuurlijk ook en ze zijn erg vriendelijk, nou ja, de meeste dan.

Ik kwam voor het eerst op het vliegveld met mijn vader. Ik had een fiets gekregen voor mijn 4e verjaardag en we hadden wat rondgereden. Ik kon al fietsen, want Henk had er ook al een en daar heb ik het op geleerd. Het was best warm die dag en papa zei: 'kom we gaan bij het vliegveld een glaasje limonade drinken' . Het was het fijnste moment van mijn leven; daar stonden ze, die mooie vliegtuigen, rood met wit, geel met wit; 3 wielen eronder. Ik vond ze behoorlijk groot, zo van dichtbij.

'Héé Harrie', zei mijn vader, 'ga je vliegen vandaag?' Mijn papa kende een piloot!!
Harrie had later die dag een rondvlucht met 2 passagiers. Of Jaap eens in het vliegtuig wilde kijken? Ik vroeg of ik écht in de stuurhut mocht kijken; papa en Harrie lachten: 'dat heet kok-pit'. Toen moest ik ook erg hard lachen, kok-pit, wat een rare naam voor een stuurhut. 'Dat heet het restaurant hier ook, kijk: Cockpit' .. maar ik kon nog niet lezen toch? Harrie tilde me in de kok-pit en ik keek mijn ogen uit: wat een hoop klokken. Zou ik ook kunnen leren waar die allemaal voor waren? Harrie vertelde me het wel, maar ik begreep er niets van. Toch wist ik op dat moment, op die mooie warme dag in die kok-pit, dat ik het eens zou leren en zou kunnen vliegen.

Ik werd 6 en ging op de fiets naar school met Eddie en Henk. Ik kon gelukkig goed leren. Henk ook, maar Eddie niet zo. Het was naar goed dat hij soldaat wilde worden vonden Henk en ik want hij zou alleen een geweer moeten leren schieten.

Nu ik 9 ben en al heel goed kan lezen en schrijven, weet ik nu ook hoe al die klokken in de cockpit heten én waarvoor ze er zijn; een hoogtemeter, een snelheidsmeter, een kunstmatige horizon, een kompas, hoe snel het vliegtuig daalt of stijgt. soms denk ik wel eens dat ik er zó mee weg zou kunnen vliegen ... maar dan weet ik ook dat ik nog lang zal moeten wachten en veel geld zal moeten sparen. Vlieglessen zijn dúúr.
Harrie bleef nog lang de man die me alles vertelde en uitlegde. Echt gevlogen en mijn huis van bovenaf kunnen zien, dát had ik nog nooit gedaan.


- o -


Ik heb een hele tijd niet geschreven. Ik had veel te doen; de lagere school had ik afgemaakt en ik kon naar het lyceum, eerst met de fiets naar Etten-Leur, en dan met de trein naar Breda. Eddie ging naar het VMBO en wilde geen soldaat meer worden. Hij zei dat-ie het nog niet wist. Henk zat op het VWO en wilde nog steeds rijk worden. Ik ben nu 15. Ik studeer en ik werk.
Toen ik 9 was wist ik dat ik zou moeten sparen. Alleen met zakgeld en verjaardagsgeld kom je er niet. Ik was nog te jong om een baantje te zoeken, maar ik was 12 toen ik bij een manege in de buurt wat kon gaan bijverdienen; stallen uitmesten en paarden roskammen. Ik moet eerlijk toegeven dat ik liever mestte dan roskamde; de lucht van paardenpoep is lang niet zo vervelend als spierpijn in je armen en handen.
Inmiddels had ik gevlogen. Oh dromen kan ik over dat halfuurtje in de lucht. Toen ik met een heel mooi rapport van de lagere school kwam hadden papa en mama dat speciale cadeau voor me; ik mocht vliegen met Harrie als piloot, in zijn Cessna; dat prachtige vliegtuigje in rood en wit. Ik had Harrie gevraagd of hij me álles wilde vertellen van wat hij deed - nou dat deed hij! Ik zat daar en in mijn gedachten was ik Harrie aan het stuurknuppeltje. Ik begreep, nog voor hij het me vertelde, wat hij deed en waarom hij het deed. Van wat er op de grond allemaal was, daar zag ik niets van, ik vlóóg alleen maar..

In de jaren dat ik 13 en 14 was werkte ik nog meer en vaker; mijn rapporten van het lyceum bleven prima en ik nam een baantje aan als bezorger van krantjes en reclamefolders; ik was er eigenlijk nog te jong voor, maar papa kende weer iemand ... Ik kon niet hard genoeg werken, niet genoeg verdienen; dat halve uurtje met Harrie toen ik 12 was hadden me voor altijd verslaafd gemaakt aan het vliegen - aan het gevoel van vrijheid in de lucht.

Nu ben ik 17 en breng nog steeds krantjes en folders rond; ook werk ik een aantal uren per week in een supermarkt, als vakkenvuller. Hoewel Eddie en Henk nog steeds mijn beste vrienden zijn, zie ik ze niet vaak meer. We hebben er over gepraat en ze begrepen dat ik mijn droom waar moest maken door wérken, veel werken. Wanneer ik straks mijn eindexamen gedaan heb, ga ik mijn eerste vlieglessen nemen en mijn brevet halen. Wat een vreemde gedachte: in een auto mag ik nog niet rijden, maar ik zal wél mogen vliegen. Gekke wereld hoor.

Jaren baantjes gehad; alles wat ik verdiende gaf ik aan mijn vader; hij had een bankrekening voor me geopend maar ik had geen idee hoeveel ik in die jaren gespaard had. Er waren soms wel moeilijke dagen bij, wanneer het winter was en er een berg sneeuw lag; je moest vroeg je bed uit en ploeteren; als het hard regende, of er veel wind was -- ik ging mijn ronde doen. Ik wist waarom ik het deed en dát hield me warm.

Mijn cadeau voor het slagen met een prachtige eindlijst was ... een envelop. Ik herinnerde me iedere minuut van wat er volgde nog alsof het gisteren was: een bankafschrift, met daarop zo'n groot geldbedrag dat mijn mond open viel.
'Zóveel kan ik toch niet bij elkaar gewerkt hebben', stamelde ik. Vader en moeder lachten breed:
'Nee Jaap, maar voor iedere Euro die jij spaarde hebben wij er een bijgedaan; opa en oma trouwens ook'.

Ik was 17 en begon aan de rest van mijn leven.

Waarom heb ik dit verhaaltje geschreven? Niet voor mijn vader en moeder, ook niet voor Eddie, die trouwens fietsenmaker is geworden en een mooie winkel heeft waarin hij voor groot en klein fietsen verkoopt; ook niet voor Henk, die inderdaad directeur werd en een zwembad in zijn tuin heeft-- want: allen kennen mijn verhaal al. Zij hebben het met mij geleefd.

Ik schrijf dit voor Johannes, mijn zoontje van 4, die deze week brandweerman wil worden (vorige week wilde hij toch echt politieman worden); we noemen hem Hans. In de tuin van het huis waarin hij woont met zijn moeder en met mij, ziet hij enorm grote vliegtuigen overkomen; we wonen onder de rook van Schiphol, van waaruit ik werk. Ik ben piloot op een Boeing en heb bijna de hele wereld van bovenaf gezien.

Ik schrijf dit ook voor de kinderen - jongens en meisjes - die dit zullen lezen, om hen te vertellen dat, wanneer je een droom hebt, je er keihard voor zal moeten werken; dat je in jezelf moet geloven, want dán zal jouw droom werkelijkheid worden.

Toevoegen aan favorieten

Ingezonden door

Irene O.

Geplaatst op

31-01-2016

Over dit verhaal

Iets heel graag willen en er hard voor willen werken. Dat geldt voor deze jongen, maar het geldt eigenlijk voor iedereen

Geef uw waardering

Er is 8 keer gestemd.

Social Media

Tags

Piloot

Reacties op ‘De jongen die wilde vliegen’

Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit verhaal, een reactie plaatsen kan hieronder!

Reageren

We gebruiken uw gegevens alleen om te reageren op uw bericht. Meer info leest u in onze Privacy & Cookie Policy.

Wilt u direct kunnen reageren zonder elke keer naam en e-mailadres in te voeren? Meld u hier aan voor een account!



Merknamen en domeinnamen eigendom van Internet Ventures Ltd - website via licentie in beheer door Volo Media Ltd