De Klas van Daniël H 7: Het licht

Daniël is in het bos op een open plaats met veel mos. Hij zit met zijn rug tegen een grote eik en staart voor zich uit.
'Het leek net wat beter te gaan op school en nu dit. Waarom doet iedereen zo tegen mij, ik heb toch niks verkeerd gedaan?' vraagt hij zichzelf af. Daniël blijft nog wat om zich heen kijken en valt vervolgens in slaap.
Een tijdje later wordt hij plotseling wakker en ziet een scherp en mooi licht door de takken heen schijnen.
'Hé, wat is dat?' mompelt hij.
Voordat Daniël helemaal tot bewustzijn komt is het licht al weer weg.

Even later is Daniël weer thuis.
'Mam, ik was in het bos en plotseling zag ik een fel en mooi licht tussen de takken door schijnen!'
'O ja?'
Esther roept dat het eten klaar is en dat de familie aan tafel mag komen.
'Wat was er met jou, Daniël?' vraagt Mark.
'Hij heeft het licht gezien,' antwoordt Joey.
'Ik was in het bos en plotseling zag ik een fel licht tussen de takken doorschijnen,' antwoordt Daniël.
'Ja, dat kan. Soms, als de bladeren in de boom wat vochtig zijn, dan kunnen ze een scherp licht reflecteren.'
'Nee, dat was het niet...'
'Papa, ik heb ook weleens in de lucht een mooi licht gezien met allerlei verschillende kleuren,' zegt Saar.
'Zij ook al,' zegt Joey.
'Maar ik zie het alleen als het geregend heeft,' zegt Saar.
'O, maar dat is een regenboog! Daar is niks speciaals aan hoor,' zegt Joey.
'Ik vind dat heel mooi, hoor.'

De klas heeft een toets rekenen.
'Als ik tijd heb, zal ik proberen het vandaag nog na te kijken.'
'Dat hoeft echt niet hoor, meester,' antwoordt Eva.
Tijdens de pauze zijn Lars, Sem, Pepijn, Teun en Liam aan het voetballen. Daniël loopt naar hen toe, ze zijn met twee tegen drie, dus misschien laten ze hem wel meedoen.
'Jullie zijn met twee tegen drie, mag ik met jullie meedoen met voetballen?'
'Nee, alleen degenen mogen meedoen die op voetbal zitten,' antwoordt Lars.
Lars is een jaar ouder dan zijn klasgenoten. Hij is een jaar blijven zitten, maar nu kan hij meekomen. Hij heeft twee broers waar hij vaak mee voetbalt, samen met andere kinderen uit de straat waar hij woont.
Toevallig komt Tim er net aanlopen.
'Ik doe met jullie mee!' zegt Tim.
'Lars, je had toch gezegd dat alleen degenen mee mochten doen die op voetbal zaten?' vraagt Sem.
'Tim mag wel meedoen,' antwoordt Lars.
'Oké,' zegt Sem.

Een eindje verderop staan Eva, Anne, Safiya en Sophie bij elkaar. Daniël loopt naar hen toe.
'Daniël, wil je weggaan, wij willen niet dat jij bij ons komt staan,' antwoordt Eva streng.
Fleur komt er net aangelopen en vraagt wat er is.
'O niks, alleen dat Daniël niet bij ons moet komen staan,' antwoordt Eva.
'Nee, laat hem maar naar Maud gaan,' zegt Fleur.

Daniël is alleen op het schoolplein. 'Ik kan wel wat te lezen meenemen, dan voel ik mij tenminste minder alleen. Morgen zal ik een stripblad mee naar school nemen,' zegt hij in zichzelf.

Het is vrijdagochtend.
In de klas vraagt Esmee aan de meester, of hij de toets al heeft nagekeken.
'Nee nog niet, jullie maken veel te veel rumoer tijdens de les, zo heb ik geen tijd gehad om alles al na te kijken.'
'Ik ben blij dat het vrijdag is, maar waarom duurt het weekend altijd zo kort?' vraagt Luuk aan Floris die naast hem zit. Ze zijn beste vrienden van elkaar. Ze kennen elkaar al lang en gaan veel met elkaar om.
'Dat is waar! Alle leuke dingen gaan altijd snel, maar alles wat niet leuk is, duurt veel langer,' antwoordt Floris.
Floris en Luuk hebben niet door dat ze een antwoord hebben gegeven op de vraag die Daniël al een tijdje bezig houdt: Waarom duren de dagen op deze school zo veel langer dan op de vorige school?

Tijdens de pauze zit Daniël wat verder van het schoolplein. Toch komen Bram, Tim en Jayden naar hem toegelopen.
'Daniël, wat ben je aan het lezen?' vraagt Bram misprijzend.
Daniël is een stripblad aan het lezen. Bram pakt het hem af en scheurt het doormidden.
'Zo Daniël, nu heb je er twee,' zegt hij spottend.
'Dat is gemeen van ze om dat zomaar te doen,' denkt Daniël. Verdrietig en ontdaan gaat hij naar huis. Daar aangekomen vraagt Esther aan Daniël waarom hij zo vroeg uit school is.
'Ik voel mij niet goed, ik ga naar bed.'
'Ben je ziek?' vraagt Esther bezorgd. Daniël geeft geen antwoord en gaat naar zijn kamer.

'Waar was jij vrijdagmiddag?' vraagt de meester op maandagochtend aan Daniël.
'Thuis,' antwoordt hij.
'Was je ziek? Als je ziek bent, dan kom je dat eerst bij mij melden voordat je naar huis gaat, begrepen!' zegt de meester op strenge toon.
Daniël geeft geen antwoord.
'Geef je mij geen antwoord, Daniël?' vraagt de meester met aandrang.
De andere kinderen verheugen zich dat de meester Daniël zo streng toespreekt.
'Geef je mij nog steeds geen antwoord Daniël?' vraagt de meester door.
Hij blijft zwijgen.
'Daniël, voor straf blijf je na schooltijd een uur na, heb je dat begrepen!'
'Waarom maar een uur, meester?' vraagt Bram.
'Deze keer is het een uur, maar bij een volgende keer wordt het meer.'
'Net goed voor Daniël,' zegt Lars.
'Dan gaan we nu verder met rekenen. Ik zal jullie eerst de cijfers terug geven van de toets. Milan een zeven, Thijs een vijf, Noor een vijf, Bram een zes. Sophie en Finja allebei een acht. Jullie zitten naast elkaar, is het toevallig dat jullie allebei een acht hebben?'
'Nee hoor, we hebben echt niet bij elkaar gekeken, meester,' antwoordt Finja.
'Nou goed, maar ik zal de volgende keer beter opletten.'
'Eens kijken, waar was ik? Ah, Jasmijn een zes en Daniël een vijf. Hoe komt dat, Daniël? Dit is de eerste keer dat je geen goed cijfer hebt.'
'Ik kan mij de laatste tijd niet meer zo goed concentreren.'
'Daniël, zie je nou wel, je bent gewoon dom!' zegt Eva.
'Inderdaad, hij is een ezel,' zegt Bram.
De meester gaat weer verder.
'Fleur heeft een zeven,' en vol verbazing ziet hij dat hij ook Jayden een zeven gegeven heeft.
'Zo, dat is een heel stuk beter; je hebt blijkbaar goed met rekenen geoefend. Goed zo!' De meester is blij met het goede cijfer van Jayden.
Aan het einde van de schooldag gaat iedereen naar huis behalve Daniël die nog een uur moet nablijven. 'Nu begint zelfs de meester onaardig te doen. Een uur extra op school is niet leuk, maar als iedereen weg is, is het ook wel weer rustig,' denkt hij.
Als het uur voorbij is, gaat Daniël direct uit school naar het bos.

Hij loopt een heel eind het bos in. Hij gaat zitten en op een gegeven moment wordt zijn aandacht getrokken door iets wat door de takken heen schijnt.
Plotseling is daar het licht weer.
'Wat een bijzonder licht, zeg!' zegt hij in zichzelf.
'Het gaat alweer weg, wat jammer.'
Daniël gaat in het gras liggen en valt in slaap. Een tijd later wordt hij wakker.
'O, het is al donker, vlug naar huis.'







6 februari 2018

© Copyright Robin

Ingezonden door

Robin

Geplaatst op

15-09-2018

Over dit verhaal

Het licht

Tags

Pesten School Spanning Vriendschap