De vrouw in het rood: Deel 10

10.

Het kasteel was enorm met vele kamers die wedijverden met elkaar in schoonheid. Ze waren allemaal ingericht in de stijl van de achttiende eeuw. Veel sier en praal, wandtapijten met jachttaferelen, harnassen en oude wapens, prachtige meubels met prachtig uitgesneden panelen. Jean-Pierre keek zijn ogen uit. Dit had hij nog nooit gezien.

Katarina had bij elk van de kamers een korte uitleg gegeven. Ze kregen elk de naam van een kleur, net zoals zijn eigen gastkamer. Door een van de vensters kon hij een grote tuin zien die afgelijnd was door keurig gesneden hagen. Even verder na een grasvlakte lag een groot bos die het kasteel omringde.

‘Straks gaan we dineren, Jean-Pierre,’ vertelde Katarina hem op een bepaald moment. Hij keek haar aan omdat ze niet verder liep. ‘Je zal de andere gasten ontmoeten. Het is misschien belangrijk dat ik je wat vertel over hen.’ Het was alsof ze moest zoeken naar haar woorden en niet zeker was wat ze hem zou zeggen.

‘Er zijn twee dames en twee heren, naast jou natuurlijk, hier op bezoek. De oudste van de dames, Frau Hofmeister is Duits en is een van onze beste klanten. Ze is de echtgenote van een belangrijke Duitse minister. Ze is nogal frivool als het gaat om mannen en ze zal waarschijnlijk met je flirten aan tafel. Het is sterker dan haarzelf. Ik zou graag hebben dat je haar niet tegen het hoofd stoot met een ongepaste opmerking daarover. Ze is een vriendin van mijn moeder en het zou Maman verdriet aandoen als Bertha Hofmeister zich aan iemand zou storen.’

Jean-Pierre knikte. ‘Ja, dat kan ik begrijpen. Wees gerust, ik ken mijn wereld. Als jij het niet erg vind natuurlijk, Schatz,’ voegde hij er ondeugend in het Duits aan toe. ‘Ik ga niet dood van wat onschuldig gesjans hoor.’

Katarina glimlachte. ‘Onze tweede vrouwelijke gast is Madame Thérèse Dupont, een steenrijke douairière die kortelings weduwe is geworden. In vergelijking met Frau Bertha is ze…,’ze zocht naar de juiste woorden, ‘…iets jonger en aangenamer om naar te kijken. Zij is een van de mildste donateurs van het Chatêau Dauphin. Zonder haar zouden we het verblijf van de gasten heel wat minder luxueus moeten maken.’

Op dat moment legde Jean-Pierre de connectie met wat hij in de geheime gang had gezien. Hij besefte wie Frau Hofmeister was. Als Madame Dupont de mooiste van de twee vrouwelijke gasten was, kon de gewichtige naakte dame die hij had gezien niemand minder zijn dan Frau Bertha. Wat had hij daar zojuist gezegd…dat je niet dood gaat van wat onschuldig geflirt. Nou ja, dacht hij, nu is het toch te laat en we zien straks wel. Blijkbaar zou hij beide dames met fluwelen handschoenen moeten behandelen als hij Katarina geloofde. Roodfluwelen handschoenen dan als zij de keus zou hebben.

‘Dan hebben we natuurlijk de heren. De nestor van de twee is generaal Jules Tavernier. Belg van origine, maar woont sinds een tijdje in de streek. Hij is bij een of andere politiemacht, waarvan ik de naam vergeten ben, maar in alle geval houdt hij ons een handje boven het hoofd. Allemaal legaal natuurlijk, maar het is altijd goed om invloedrijke personen in je vriendenkring te hebben.’

Wat een vreemd allegaartje van gasten, dacht Jean-Pierre terwijl Katarina haar uitleg aan het geven was. Allemaal mensen die hij niet tot zijn gewone sociale kring mocht rekenen. Kon nog interessant worden. Zoals Katarina beweerde, het is altijd goed om met de grote koppen aan tafel te mogen zitten.’

Zijn gezellin wreef even aan haar oorlelletje en likte haar lippen. ‘Monsieur Charles, ik moet zeggen dat ik zijn familienaam niet ken, is de vreemde eend in de bijt. Hij is kunstenaar in…verschillende dingen. Ja, ik kan het ook niet beter uitleggen,’ verontschuldigde ze zich toen Jean-Pierre vragend opkeek.

‘Hij is een talentvol musicus en bespeelt verschillende instrumenten. Daarbij heeft hij een prachtige tenorstem die je doet zwijmelen als hij zingt. Ik weet dat hij ook goed kan tekenen. Hij heeft mij eens een pentekening van ons kasteel cadeau gedaan en het was …subliem, zo gelijkend. Maar wat hem volgens mij zo speciaal maakt, is dat hij een verschrikkelijk goede hypnotiseur is. Ik heb staaltjes gezien van zijn kunnen en er zijn er niet veel die hem dit kunnen nadoen.’

Ongemerkt hield Katarina hem goed in de gaten. Tot nu toe was alles goed verlopen. Jean-Pierre had niet in de gaten dat hij op weg naar het Château verdoofd was geweest. Hij wist zelfs niet waar hij gelogeerd was, buiten de naam van het kasteel en dat klopte toch niet. Katarina beet op haar lip. Hoe zou ze hem kunnen overhalen? Iedereen had zijn prijs. Maar voor welke prijs zou Jean-Pierre over de brug komen?

© Rudi J.P. Lejaeghere
13/09/2014

© Copyright Rudi J.P. Lejaeghere

Ingezonden door

Rudi J.P. Lejaeghere

Geplaatst op

12-01-2015

Tags

Liefde Lust Romantiek Sensueel